Liegen

18882208_1494623570588173_4944488921442389391_n

“Liegen tegen God
is als het afzagen van de tak
waarop je zit.
Hoe beter je het doet,
hoe harder je valt.”

Bij geloven hoort eerlijkheid en spirituele naaktheid. Je beter voor doen, vrome maskers, de schijn ophouden, religieuze pretenties zijn uit den boze. Het zijn leugens die zinloos zijn voor de Ene die door alle maskers en schijn ons echt kent. Bovendien houden ze ons weg van wie wij echt zijn en van de liefde die ons alleen in onze echtheid wil en kan beminnen en verlossen.

Geen ‘gatengeloof’

Gelezen bij Dietrich Bonhoeffer, Duits theoloog en martelaar (1906-1945):

We moeten God vinden in wat we kennen, niet in wat we niet kennen.

Dietrich Bonhoeffer

Veel mensen denken en proberen God te vinden in de ‘gaten’ van het leven: in de nood, in ons falen, na de dood, in de zaken die ons verstand te boven gaan (zoals de vraag waar het leven vandaan komt). Hoe begrijpelijk ook, zo’n manier van geloven is te beperkt en te klein. Daarom is de gedachte van Bonhoeffer zo belangrijk: juist in wat we kennen als mensen (onze mogelijkheden, onze wijsheid, onze kracht, onze kennis) kunnen en moeten we God vinden. God spreekt ons niet alleen aan in onze nood en tekorten, maar ook op onze verantwoordelijkheden, roeping en mogelijkheden. Dan wordt ook het ‘gewone’ leven van werk en wetenschap, opvoeding en samenleving, cultuur en vrije tijd een plek waarin God zich laat zien.

Citaat: Een woord voor elke dag (Ten Have 1995) 20 september.