Bij de voorbereiding van de preek over het visioen van de wereldvrede in het boek van de profeet Jesaja (2:1-4) las ik wat over de hoop. Daarbij kwam ik het gedicht ‘Het kind’ van Muus Jacobse tegen, waarvan de laatste strofe luidt:
‘Nog altijd kan de wereld nieuw beginnen,
In ieder kind kan het opnieuw beginnen.
Zolang God kinderen in ons midden zendt,
Heeft Hij zich nog niet van ons afgewend.’
Op een of andere manier zijn de kinderen de brengers van de hoop. Zij zijn de volgende generatie en daarmee dus de hoop op de toekomst, zij staan open voor het leven dat voor hen ligt, maar dieper nog zijn ze het geschenk van een nieuw begin, van mogelijkheden en wonderen die wij niet zomaar zien.
Daarom ben ik blij dat er iedere zondag kinderen in de kerk zijn — als levende, echte, spelende en vaak lachende tekens dat de wereld (en de kerk) telkens weer opnieuw begint en God naar ons omziet.
Ds. Johan Visser